De maatschappij is ondermeer door invloed van technologische en economische ontwikkelingen fundamenteel in verandering.
We horen dat de toekomst vraagt om een andere mindset waarin we het industriële tijdperk en het mechanistisch reductionistisch denken van ons afschudden. Een toekomst waarin we meer oog (moeten) hebben voor onzekerheid en complexiteit. Een toekomst waarin we ons realiseren dat veel ontwikkelingen zich niet voltrekken langs de lijnen van planning en sturing maar bottom-up ontstaan. In die opkomende netwerksamenleving is er sprake van een horizontalisering van de relaties en worden de grenzen tussen organisaties vloeibaar. De medewerkers opereren niet alleen als actor in de eigen kolom, maar ook over de grenzen heen, in multidisciplinaire verbanden en netwerken. De kwaliteit van de relaties die deze medewerkers onderhouden, hun intrinsieke verbondenheid met specifieke thema’s en hun worteling in de met deze thema’s verbonden contexten zijn sterk bepalend voor de kwaliteit van hun dienstverlening. De systemen staan niet langer centraal, maar het belang van mensen. Organisaties en hun gebruikers creëren gezamenlijk waarde vanwege een gezamenlijk belang. Het rizoom – een beeld van de gefragmenteerde netwerksamenleving In 1767 schreef de Schotse filosoof Adam Ferguson An Essay on the History of Civil Society. Daarin omschreef hij de ontwikkeling van samenlevingen als “[…] the result of human action, but not execution of any human design”. Samenlevingen ontwikkelen zich onvoorspelbaar, non-lineair en niet volgens een vastgesteld ‘ontwerp’. Lange tijd werd gedacht dat moderne samenlevingen zich onvermijdelijk ontwikkelen naar een zo volledig mogelijk rationaliteit en de overwinning van de liberale democratie (Fukuyama schreef in 1989 'Het einde van de geschiedenis' en in 1992 'Het einde van de geschiedenis en de laatste mens). Het blijkt minder eenvoudig dan het toen leek. Een betere metafoor voor de moderne samenleving zou het rizoom van de Franse filosofen Gilles Deleuze en Félix Guattari (1998) kunnen zijn. Een rizoom is in letterlijke zin een veelal horizontaal vertakte wortelstructuur, die niet is te herleiden tot één hoofdtak of tot één plant aan de oppervlakte, maar bestaat uit ondergrondse worteltakken waartussen steeds nieuwe verbindingen kunnen ontstaan. Hardnekkige soorten onkruid zoals de brandnetel kennen een dergelijke wortelstructuur, maar bijvoorbeeld ook de gemberwortel. Op virtueel niveau is het internet een duidelijkse uitdrukking van een rizoom dat bestaat bij de gratie van ‘links’ gemaakt in een wereldwijd netwerk van onderlinge niet centraal gestuurde verbanden. De rizoomsamenleving is daarom moeilijk te plannen of te besturen. Er is weliswaar een verband tussen alle onderdelen, maar de onderdelen ontwikkelen zich ook autonoom en er is geen systeem te ontdekken in de verbindingen die ontstaan. Verbinding en betekenis is ad hoc, wisselend, tijdelijk en (vaak ook) toevallig. |
Fundamentele verandering
|